‘En toch….’ over mijn les van zijn eerste schooldag, weblog van Bert Wienen

dinsdag 09 april 2013 17:51

Vandaag is het zover… hij gaat voor het eerst naar school…

Op de één of andere manier doet het me iets. Daar loopt hij, met op zijn rug een rugzak. Een cadeautje was het. Afgelopen week werd hij vier. Nu stoer in de bakfiets. Samen fietsen we naar school. Samen genieten we nog wat van vogels die voorbij vliegen. ‘Spannend hé?’ vraag ik, ‘nee, leuk’ zegt hij.

Zo maak ik nu kennis met de basisschool. De basisschool die al bekend voor mij is. Immers, ik ben ervaringsdeskundige. Dik 25 jaar geleden fietste ik zo met mijn vader naar school. Ik weet er niets meer van, gelukkig hebben we de foto’s nog. Ongeveer 8 jaren heb ik er doorgebracht en leerde er rekenen, taal en nog veel meer belangrijke zaken. En toch…

Later deed ik andere ervaringen op met de basisschool. In mijn werk bij Yorneo heb ik wekelijks contact met verschillende basisscholen in Drenthe. Vaak gaat het dan over kinderen die opvallen door hun gedrag of gaat het over leerkrachten die te maken krijgen met allerlei eisen. De ene keer van ouders, de andere keer van de inspectie en weer een andere keer heeft de overheid iets bedacht waaraan moet worden voldaan. Zodoende heb ik al heel wat scholen van binnen gezien en al met heel wat bevlogen directeuren en leerkrachten kennisgemaakt. Natuurlijk heb ik zijdelings ook te maken met de normen van de inspectie en ben ik goed op de hoogte van alle plannen rondom Passend Onderwijs. En toch…

Naast de contacten in mijn werk ken ik de basisschool, als afgestudeerd onderwijswetenschapper, ook van de wetenschappelijke kant. ‘Theoretisch’ moet ik dus alles wel weten, van lesopbouw tot klassenmanagement, van sociale leertheorieën tot allerlei onderzoek op het gebied van leren en onderwijs.  Ook de laatste tijd heb ik het vakgebied aardig bijgehouden door publicaties te lezen en me erin te verdiepen.  En toch…

De afgelopen vier jaar heb ik de basisschool ook nog op een andere manier leren kennen, namelijk als raadslid in de gemeente Assen met onderwijs in mijn portefeuille.  Ik ken daardoor de regels rondom onderwijs, maak me hard voor de ontvlechting van het openbaar onderwijs, heb onlangs gepleit voor een aanpassing van de onderwijsverordening en ben op de hoogte van de wetgeving omtrent onderwijshuisvesting.  Ik ken de voornemens rondom het vormen van Brede Scholen en Integrale Kindcentra en ben op de hoogte van de bestuurlijke verhoudingen op en rond de basisscholen. En toch…

En toch…. gebeurde er vandaag iets op een ander niveau. Niet op het niveau van ‘weten’ of ‘kennen’. Ook niet op het niveau van de eigen ervaring. Het niveau waar het vandaag over ging was het niveau dat het dichtste bij mijzelf kwam. Niet zozeer emotioneel, maar wel dat ik merkte dat het een stap is die betekenis voor mij heeft.  

Onlangs zei iemand tegen mij dat het de kunst is om, bij alle nieuwe beleid rondom kinderen (jeugdzorg & onderwijs), het ‘doen alsof het je eigen kind is’ uitgangspunt van de beleidsvorming te laten zijn.  Wat vraag jij als je kind uit school komt vanmiddag: ‘had juf haar klassenmanagement op orde?’, ‘zijn de principes uit de sociale leertheorie goed toegepast?’, ‘voldeden de lessen en de lesuren aan de normen van de inspectie?’, nee natuurlijk niet. De enige vraag die telt op het betekenisniveau is: heb je het goed gehad vandaag?

Het komt vaak voor dat de verschillende niveaus in communicatie door elkaar heen lopen. Als raadslid kom je in contact met burgers en instellingen die op betekenisniveau communiceren. Deze week nog in de bijeenkomst met bewoners van de Borgstee over de vestiging van Yarden in de straat. Het antwoord dat dan vaak wordt gegeven ligt op een ander niveau, het niveau van de kennis en de procedures. Natuurlijk ontkom je daar niet aan en hoeft dat ook niet erg te zijn. Het is echter wel belangrijk, denk ik, om je er steeds bewust van te zijn. Mijn pleidooi is niet, alleen al om populisme te voorkomen, om als raadslid of beleidsmaker enkel op het betekenisniveau te denken en te spreken. Veel meer zou mijn pleidooi zijn om vaker het ‘betekenisniveau’ als uitgangspunt te nemen in de beleidsvorming en misschien ook in de meningsvorming. Juist in tijden van transitie en ontwikkelingen in het sociale domein. Als het dan bijvoorbeeld gaat om de jeugdzorg of om de ontwikkelingen in het Passend Onderwijs: ‘hoe zou ik willen dat het geregeld was als het mijn kind aangaat?’

Zo heb ik alweer veel geleerd van zijn eerste schooldag. Eerlijk gezegd voel ik me wel een beetje trots dat hij vandaag zijn eerste schooldag meemaakt. Ik ben benieuwd vanmiddag. Ik zal hem vragen hoe het is geweest en of hij het naar zijn zin heeft gehad. 

« Terug