Geen gemeentelijk jointje! bijdrage Bert Wienen
In de opiniƫrende vergadering hebben we uitgebreid stilgestaan bij de notitie en de voorstellen rondom drugs in de Gemeente Assen. Mijn fractie heeft zich toen positief uitgelaten over het beleid, de notitie en de voornemens van het college. We zijn er ook tevreden over dat het college toezegde cijfers toe te voegen aan de notitie.
Voorzitter, zoals vorige keer al door mijn fractie gememoreerd: wat ons betreft staan de verschillende drugs symbool voor onvrijheid. Regelmatig zijn drugs aanleiding voor verslaving en daarmee voor afhankelijkheid van mensen aan een middel......
In dat kader hebben we in de fractie ook gesproken over het voorstel van verschillende fracties in deze raad als het gaat om het starten van een gemeentelijke wietplantage: ‘het gemeentelijke jointje’
Wij hebben daarbij het volgende afgewogen. In de begrotingsbijdrage en ook tijdens de voorjaarsnota hebben we gehamerd op het uitvoeren van kerntaken en de rol van de overheid als beschermer van de zwakken. Het telen van wiet is geen kerntaak. De gemeente stoot steeds meer taken af, het zou dan vreemd zijn om deze taak weer naar ons toe te trekken. Belangrijker nog is het principiële argument, volgens ons zouden mensen moeten worden beschermd tegen het gebruik van drugs: middelen waarvan men afhankelijk kan worden.
Daarnaast zijn er wat ons betreft, dus minder principieel, maar wel pragmatisch, nog wat andere haken en ogen. De discussie over de gemeentelijke wietplantage is in onze ogen in de vorige bijeenkomst opgehangen aan de overlast op straat en de zgn kleine loopjongens. Maar ook bij het instellen van een gemeentelijke wietkwekerij die zich richt op softdrugs houd je de overlast die hoort bij straathandel in harddrtugs: XTC en GHB. Daarnaast vragen we ons af of het zo is dat bij het aanbieden van de zogenaamde gemeentelijke wiet niet alsnog illegale handel zij blijven bestaan, bijvoorbeeld omdat dit toch goedkoper blijkt te zijn dan het gemeentelijke jointje.
Blijft voor ons belangrijk dat wij vinden dat een overheid zich niet op deze markt zou moeten begeven, de overheid moet rechtzetten wat niet goed gaat en dus wat ons betreft handhaven. Wat ons betreft dus geen ‘gemeentelijk jointje’, maar juist preventie en handhaving op basis van de verordening.
Voorzitter, we gaan akkoord met de voorstellen van het college.